Na de bevalling moet je lijf herstellen van de bevalling. Het is mogelijk dat je hierbij een of meerdere klachten ondervindt. Hieronder kun je wat meer informatie vinden over de meest voorkomende klachten.

Aambeien
Door de druk van het persen is het mogelijk dat je aambeien hebt gekregen na je bevalling. Probeer veel te drinken en vezelrijke voeding te eten zodat je ontlasting zo soepel mogelijk blijft. Je kunt de aambeien eventueel insmeren met aambeienzalf en er tabletten voor innemen.

Bekken(bodem) klachten
Het komt regelmatig voor dat vrouwen tijdens de zwangerschap last krijgen van het bekken. Dit is niet direct na de bevalling over. Bouw je bewegingen weer langzaam op na de bevalling en wacht met sporten tot zes weken na de bevalling.

Door de druk van de baby en de bevalling is het ook mogelijk dat vrouwen last krijgen van de bekkenbodemspieren. Dit kan zich uiten in de volgende problemen:

  • Een zwaar gevoel in de bekkenbodem
  • Urineverlies, bij bijvoorbeeld lopen en niezen/hoesten/lachen
  • Het niet kunnen ophouden van windjes
  • Verlies van ontlasting
  • Pijn bij het vrijen

Vaak denken vrouwen dat deze klachten er bij horen en vanzelf weer zullen overgaan, of misschien vind je het moeilijk om deze klachten te bespreken. Daardoor blijven sommige vrouwen langer last houden van de hun klachten dan wenselijk. Je kunt alles met ons bespreken en we geven je graag tips en informatie waar nodig. Heb je na zes weken nog last van bovenstaande klachten, blijf er dan niet meer rondlopen. Je kunt contact opnemen met een fysiotherapeut op bekkentherapeut. Hij of zij kan je gerichte tips geven zodat de bekkenbodem weer goed herstelt.

Klik hier voor een folder over het herstel van de bekkenbodem na een bevalling. Bekkenbodem-fysiotherapeuten raden ook aan om een Bekkenbodemcheck te doen na de bevalling.

Bloedverlies
De eerste zes weken na je bevalling kun je bloed verliezen. Dit zal de eerste week na de bevalling ongeveer zo veel zijn als een menstruatie, daarna zal de hoeveelheid afnemen. De eerste dagen na de bevalling kun je ook stolsels verliezen, bloedproppen die maximaal de grootte van een vuist mogen aannemen. Verlies je meer dan 2 stolsels ter grootte van een vuist in een half uur? Neem dan even contact met ons op op ons spoednummer.

Zolang je nog vloeit mag je geen tampons gebruiken, niet in bad en niet vrijen. Verwissel je kraamverband regelmatig voor een goede hygiëne.

Hechtingen
De eerste week na de bevalling kun je last hebben van de hechtingen. Mogelijk trekt het iets, of gaat het na een aantal dagen wat jeuken. De hechtingen die we gebruiken zijn altijd oplosbaar, maar als je er last van hebt kunnen we de uitwendige hechtingen ook na zeven dagen verwijderen. Verwissel in ieder geval regelmatig je kraamverband en spoel af en toe zodat er zo min mogelijk irritatie optreedt.

Koortslip
Pasgeboren baby’s kunnen erg ziek worden van het herpes-virus, het virus dat in het vocht van een koortslip zit. Heb jij of heeft je partner een koortslip in het kraambed, plak de koortslip dan af met speciale pleisters en was zeer regelmatig je handen. Probeer niet aan je mond te zitten. Zo voorkom je verspreiding van het virus. We adviseren je bezoek met een koortslip liefst even te verzetten totdat de blaasjes zijn ingedroogd. Als er geen vocht meer in de blaasjes zit is het risico op verspreiding over.

Kraamtranen
De eerste tijd na de bevalling is een emotionele tijd. Je bent misschien voor de eerste keer moeder geworden, of eerdere kinderen moeten opnieuw een plekje vinden in het gezin. Daarnaast moet je ook lichamelijk herstellen van de bevalling. Het is normaal om je af en toe onzeker te voelen. Vaak hebben vrouwen ergens in de eerste week een dag of twee dagen last van kraamtranen, waarbij je moet huilen zonder dat daarvoor altijd een reden is. Dit is voor het grootste deel te wijten aan de hormoonhuishouding en gaat vanzelf weer over. Heb je het gevoel dat er meer aan de hand is dan alleen kraamtranen en heb je last van depressieve klachten? Ook al is dat moeilijk, geef het vooral bij ons aan als wij je thuis komen bezoeken, dan kunnen we er met je over praten en kijken wat we voor je kunnen betekenen. Je mag ons ook altijd op het spoednummer bellen.

Plassen
Na de bevalling is het mogelijk dat het plassen de eerste dagen wat branderig aanvoelt. Het is mogelijk dat er wat oppervlakkige wondjes of schaafplekjes rondom de vagina en schaamlippen zijn ontstaan bij de bevalling. Als hier (geconcentreerde) urine langs komt is het mogelijk dat dit prikt. Je kunt de eerste dagen onder de douche plassen of spoelen met een flesje water.

Na de bevalling heb je niet altijd evenveel controle over je blaas. Plas in ieder geval voor elke voeding zodat je blaas niet te vol raakt. Een volle blaas kan zorgen voor buikpijn en meer bloedverlies doordat de baarmoeder minder goed kan samentrekken.

Tepels
Geef je borstvoeding, dan moeten je tepels hier hoogstwaarschijnlijk aan wennen. Probeer je baby zo zorgvuldig mogelijk aan de borst te leggen door hem of haar een grote hap rond je tepel te laten nemen en laat hem niet alleen op het voorste puntje van de tepel zuigen om kloven en blaasjes te voorkomen. Als je baby stopt met effectief drinken en je tepel alleen gebruikt om op te sabbelen, haal hem dan van je borst af. Er ontstaan anders snel kloven. Eventueel kun je je tepels insmeren met een druppel borstvoeding voor verzorging van de tepel. Ook drogen aan de lucht werkt vaak goed.

Naweeën
De eerste paar dagen na de bevalling is de baarmoeder hard aan het werk om weer goed samen te trekken en zo langzaam weer achter je schaambotje te verdwijnen. Soms hebben vrouwen hier last van, dit worden ook wel naweeën genoemd. Heb je er veel last van, dan mag je paracetamol gebruiken.